Ontworming en mestonderzoek: dé handleiding!

Hoe jonger het paard, hoe belangrijker het is om gericht te ontwormen. Jongere paarden zijn gevoeliger voor wormbesmettingen omdat ze vaak een eerste keer in contact komen met een bepaalde wormsoort. Ze gaan deze wormen ook in een veel hogere mate uitscheiden dan ouderen paarden, dewelke een zekere vorm van immuniteit opbouwen. Deze oudere paarden hoeven maximaal 1-2x/jaar ontwormd te worden, vervolgens dienen mestonderzoeken uitgevoerd te worden om de grootste uitscheiders te identificeren en gericht te ontwormen. Om door de bomen het bos te blijven zien geven we hieronder alles weer in een duidelijk schema. De paardenpopulatie wordt opgesplitst in drie groepen: veulens (<1 jaar), jaarlingen en jonge paarden (1-3 jaar) en volwassen paarden (>3 jaar).

Veulens (<1 jaar): 4x/jaar ontwormen

• Leeftijd van 2-3 maanden
• Leeftijd van 4-6 maanden
• Leeftijd van 9 maanden
• leeftijd van 12 maanden

Merk op: pasgeboren veulens zijn gevoelig voor een besmetting met de veulenworm. Wanneer je de merrie gaat ontwormen in de laatste maand van de dracht, idealiter 10-14 dagen voor de partus, dan ga je het veulen hiertegen beschermen. Gebeurt dit niet, dan dien je het veulen reeds op 2 weken leeftijd een eerste keer te ontwormen.

Jonge paarden (1-3 jaar): 2-4x/jaar ontwormen, op basis van met mestonderzoek

• Aan het begin van het weideseizoen, in de lente (juni-juli)
• Op basis van mestonderzoek 1-2x tijdens het weideseizoen.
• Aan het einde van het weideseizoen, bij het op stal gaan (november-december). 

Volwassen paarden (>3 jaar): 2x/jaar ontwormen, aangevuld met mestonderzoek. Aangezien sommige wormen niet of weinig detecteerbaar zijn door mestonderzoek en het niet raadzaam is om ontwormingen meer dan 6 maanden te spreiden, tenzij uw paard weinig of niet in contact komt met andere paarden.

• Aan het begin van het weideseizoen, in de lente (juni-juli)
• Laat tijdens het weideseizoen één tot tweemaal een mestonderzoek uitvoeren, hetgeen zal bepalen of je tijdens de zomer bijkomend dient te ontwormen of niet.
• Aan het einde van het weideseizoen, bij het op stal gaan. (november-december). 

Merk op dat je nooit zomaar met een willekeurig product mag ontwormen. Bij bepaalde leeftijden of bepaalde periodes van het jaar horen bepaalde producten. Op andere momenten zal een mestonderzoek bepalen welke ontworming je dient te gebruiken, want niet elk product werkt voor elke worm! 

Wat met nieuwe paarden?

Bij de aanschaf van een nieuw paard is de ontwormingsgeschiedenis en de infectiestatus van het dier veelal onbekend. Op deze manier loop je het risico dat ze weiden of paddocks besmetten met resistente parasieten of soorten die nog niet in uw omgeving voorkomen. Ontworm deze paarden daarom vóór of uiterlijk bij aankomst in hun nieuwe omgeving. Als de ontworming pas bij aankomst is uitgevoerd, houd het paard 48 uur in isolatie op stal. Zo voorkom je dat eventuele parasieteneitjes, die al in het spijsverteringskanaal aanwezig waren, de weide besmetten. Laat tenslotte een mestonderzoek uitvoeren voordat het paard toegang krijgt tot de weide. Dit controleert de effectiviteit van de ontworming.

Om af te sluiten nog enkele tips hoe je je weide zo vormvrij mogelijk kan maken. Wormbesmettingen gebeuren nog steeds voornamelijk op de weide, doordat een besmet paard hier graast en zijn besmette mest in de weide achterlaat.

• Ruim de mest op
• Verspreid geen niet-gecomposteerde mest op de weide
• Verminder de densiteit van het aantal paarden (idealiter niet meer dan 2 paarden per hectare weide)
• Laat, indien mogelijk, de weide een jaar rusten of gebruik ze voor een ander doeleinde (bv. als hooiweide)
• Laat andere herbivoren grazen op de weide (bv. schapen)
• Groepeer paarden: zet geen jonge paarden samen op de weide met oudere paarden of drachtige merries

Wist je dat DAP Dendervallei zelf hun mestonderzoek doet? Geef ons mestballen van 3 opeenvolgende dagen en wij analyseren het voor jou, gevolgd door een advies op maat!